Nieuws

INSZO geeft via Mijn INSZO inzicht in Juist Gebruik Antibiotica binnen de huisartspraktijk

Het informatiedashboard Juist Gebruik van Antibiotica is nu beschikbaar voor alle huisartspraktijken aangesloten bij INSZO. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door het RIVM. De rapportage geeft huisartspraktijken inzicht in hun antibiotica-voorschrijfgedrag en stelt hen in staat deze gegevens met andere praktijken en in hun FTO groep te vergelijken. Voorheen leverde INSZO deze rapportage op aanvraag aan losse FTO groepen, maar met de huidige opdracht zullen alle huisartspraktijken de rapportage in hun portaal kunnen inzien.  

Met de rapportages in het Mijn INSZO portaal biedt INSZO op laagdrempelige wijze gedetailleerde spiegelinformatie aan en direct toegankelijk per huisartspraktijk. Deze rapportage is tot stand gekomen in samenwerking met het UMC Utrecht, die de operationele indicatoren aanleverde, mede op basis van overleg met de NHG en LHV. Dr. Alike van Velden is onderzoeker bij het Julius Centrum in het UMC Utrecht bij de afdeling Huisartsgeneeskunde en doet onderzoek naar verantwoord antibioticabeleid voor luchtweginfecties. “Ik ben ooit begonnen met interventies om het antibioticagebruik terug te dringen, en in ons onderzoek maakten we regelmatig gebruik van HIS extracties van huisartspraktijken.”

In het programma Goed Gebruik Antibiotica van het RIVM was een eerste doelstelling om voor de eerstelijn, tweedelijn en de langdurige zorguniforme indicatoren met betrekking tot  antibioticaprescriptie te ontwikkelen. Alike: “Huisartsen lopen voorop in de elektronische registratie van diagnose en antibioticaprescriptie. Aan de hand van HIS extracties konden we de indicatoruitkomsten berekenen, zonder dat huisartsen hier zelf extra moeite voor moeten doen.”

Huisartsen krijgen aan de hand van de indicatoruitkomsten een compleet en gedetailleerd beeld van hun voorschrijfgedrag. Alike: “De huisarts kon tot dan toe via bijvoorbeeld de apotheek opvragen hoeveel antibiotica zij voorschreven, maar met die absolute getallen kan de huisarts hooguit een trend door de jaren heen volgen. Het was dus zaak de prescripties te relateren aan de grootte van de patiëntpopulatie en ook om prescripties te koppelen aan de indicatie. De eerste belangrijke indicator was daarom: hoeveel antibiotica wordt er voorgeschreven per 1000 patiënten per jaar? En vervolgens wat zijn de percentages voorgeschreven Macroliden, Augmentin en Chinolonen. Om het (on)terecht voorschrijven in kaart te brengen wordt er gekeken naar het percentage OMA, bovenste-, lage-luchtweginfectie en impetigo episoden die behandeld worden met antibiotica. Tot slot is van belang dat als er voorgeschreven wordt er voor een eerste-keuzemiddel wordt gekozen. Hiervoor zijn indicatoren voor OMA, impetigo, pneumonie en cystitis bij vrouwen.”

“Met de indicatoren zoals nu gedefinieerd kan er gericht gewerkt worden aan verbetering om antibioticaprescriptie verder te verbeteren. De indicatoren geven aan wat er goed gaat en bieden een handvat voor verbeterpunten. En dat is nog steeds nodig. In Nederland worden wel de minste antibiotica voorgeschreven van de hele EU, maar er blijkt enorme praktijkvariatie in prescriptiehoeveelheid en kwaliteit. In sommige praktijken wordt net zoveel voorgeschreven als in een gemiddelde Franse praktijk. Doordat deze indicatoren gekoppeld zijn aan indicaties hopen de ontwikkelaars dat ze meer informatief zijn en inzicht geven waar en hoe verbetering mogelijk is. De rapportages uit Mijn INSZO geven gedetailleerde informatie per praktijk, waarmee we optimaal voorschrijfgedrag stimuleren.”

Heeft u nog geen toegang tot Mijn INSZO dan kunt u zich via inszo@inszo.nl aanmelden.